Interview met de auteurs van de Nationale Aanpak Professionalisering Leraren
- 30 juni 2023
Met NAPL wordt een infrastructuur ontwikkeld voor professionalisering van leraren. Waarom is dat belangrijk?
Jan van Tartwijk: “Er zijn karrevrachten aan onderzoek beschikbaar die steeds laten zien dat je – om ergens echt goed in te worden – jaren nodig hebt om je expertise te ontwikkelen.” Dat geldt niet alleen voor schakers en andere sporters, maar ook voor professionals zoals medici en leraren. In die zin is de opleiding bijna per definitie het begin van de ontwikkeling tot professional. Die moet daarna doorlopen om de beroepstaken op een echt hoog niveau te kunnen uitvoeren. De leraar is de sleutel tot de kwaliteit van het onderwijs. Wanneer je dus de kwaliteit van dat onderwijs wilt versterken, is investeren in de opleiding alleen niet voldoende. Werk maken van professionele ontwikkeling is dan echt noodzakelijk. Dat gaan we als Nederlands onderwijs doen met dit project, met brede steun van lerarenorganisaties, scholen en opleidingen.
Het geeft ook handvatten om te gaan werken aan teams waarin leraren en andere onderwijsprofessionals meer uiteenlopende specialismen gaan combineren. Denk aan teams van bijvoorbeeld leraren die zich hebben gespecialiseerd in de ontwikkeling van curricula of leermiddelen, leraren die echt verstand hebben van het gebruik van AI in het onderwijs, leraren die zich hebben gericht op de opleiding en begeleiding van beginnende collega’s. Dergelijke teams kunnen ook worden versterkt met schoolpsychologen of orthopedagogen die ook een bijdrage leveren aan het leren en de bredere ontwikkeling van leerlingen. De gecombineerde expertise in dergelijke teams kan echt meer zijn dan de som der delen. Het onderwijs wordt daarmee een meer professionele sector, waarin – net als in andere sectoren – het ondenkbaar is dat alle professionals hetzelfde kunnen en doen.”
Helma Oolbekkink-Marchand: “Veel leraren ervaren op dit moment om verschillende redenen een gebrek aan professionele ruimte om zich te professionaliseren. Voor sommigen is dat zelfs een reden om een beroep te verlaten. Uit onderzoek weten we dat dit probleem niet alleen speelt in Nederland maar wereldwijd. Met de NAPL willen de lerarenopleidingen met de scholen bijdragen aan een aantrekkelijker en meer toekomstgericht beroep van de leraar: een beroep waarin leraren zich via verschillende ontwikkelpaden kunnen ontwikkelen en zo bijdragen aan kwalitatief goed onderwijs. We gaan voor een fundamentele verschuiving in de infrastructuur waarin scholen, lerarenopleidingen en hun kennisinstituten gezamenlijk bijdragen aan kwalitatief sterke professionalisering en doorlopende leerlijnen na de initiële opleiding.”
Marco Snoek: “Als starter in het beroep heb je meestal vanaf dag één 100% verantwoordelijkheid en wordt er hetzelfde van je verwacht als van een collega die al 25 jaar lesgeeft. Gevolg is dat er veel nadruk ligt op de lerarenopleiding, daar moeten immers alle kennis en vaardigheden die je als leraar nodig hebt aan de orde komen. Daarmee kenmerkt het beroep zich door een statische structuur en zijn er geen duidelijke beelden over hoe leraren zich gedurende hun loopbaan nog verder kunnen of moeten ontwikkelen. Het ontbreken van duidelijke ontwikkel- en loopbaanpaden is voor veel leraren frustrerend en maakt het beroep minder aantrekkelijk.
Met de Nationale Aanpak Professionalisering Leraren brengen we daar verandering in. Allereerst door duidelijk te maken dat je als leraar met het behalen van je bevoegdheid niet klaar bent, je ontwikkelt je nog door van startbekwaam naar vakbekwaam. Dat maakt de begeleidingstrajecten voor startende leraren veel doelgerichter en draagt bij aan de verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. Bovendien ontwikkelen we binnen de NAPL ook ontwikkelpaden voor de periode daarna, zodat leraren zich kunnen ontwikkelen tot experts in verschillende gebieden. Daardoor ontstaan duidelijke loopbaanmogelijkheden waarmee het beroep aantrekkelijker wordt en leraren langer in het onderwijs blijven werken.
Fred Janssen: “Laat ik een voorbeeld geven van een mogelijk ontwikkelpad. Scholen hebben veel ruimte in Nederland om binnen landelijke kaders een schooleigen curriculum uit te werken. Een schooleigen curriculum biedt veel kansen om telkens terugkerende curriculumknelpunten aan te pakken, zoals overladenheid, versnippering en beperkte relevantie. Het ontwikkelpad naar expert leraar met curriculumdeskundigheid rust leraren toe om een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van schooleigen curricula met een focus op de kern, samenhang en relevantie voor alle leerlingen. Daarbij leren leraren ook om in een team aan de ontwikkeling van een dergelijk curriculum te werken op basis van raadpleging van relevante betrokkenen, vooronderzoek en een grondige evaluatie”.
Er zijn al heel veel professionaliseringsactiviteiten voor leraren en scholen. Hoe wordt daar mee omgegaan?
Anne Fleur Kortekaas-Rijlaarsdam: “Uit recente evaluaties van professionaliseringsactiviteiten van leraren blijkt dat het complex is om professionaliseringsactiviteiten met elkaar te vergelijken omdat er weinig bekend is over bijvoorbeeld niveau en effectiviteit op korte en langere termijn. Ook blijken gekozen activiteiten vaak niet te voldoen aan kenmerken van effectieve professionalisering. Daarom wordt een landelijk systeem van kwaliteitszorg ontwikkeld, gebaseerd op wetenschappelijke kennis over effectieve professionalisering en op bestaande systemen voor kwaliteitszorg zoals de kaders van de Nederlands Vlaamse accreditatieorganisatie, de waarderingskaders van de Inspectie van het Onderwijs en het kwaliteitskader Samen Opleiden.
Binnen NAPL wordt een opleidingsregister ontwikkeld waarin leraren kunnen zien welke activiteiten er zijn en hoe deze aansluiten bij de landelijke ontwikkelpaden. Activiteiten in dit register voldoen aan de gestelde kwaliteitseisen en passen binnen een of meerdere ontwikkelpaden van start- naar vakbekwaam of naar expert leraar. Op deze manier helpen we leraren bij het maken van weloverwogen keuzes voor professionalisering. Effectieve professionalisering leidt niet alleen tot een toename van de kwaliteit van het lesgeven of het functioneren van de school als geheel, maar ook tot een toename van carrièrekansen van leraren binnen een school en draagt bij aan meer diverse schoolteams.”
Hoe wordt de infrastructuur ontwikkeld en met welke partners wordt daarin samengewerkt?
Anje Ros: “In de regio worden co-creatielabs ingericht waarin diverse stakeholders participeren waaronder ten minste leraren en lerarenopleiders. In deze co-creatielabs worden enerzijds professionaliseringsvragen opgehaald als ook professionalisering (die nog niet beschikbaar is) gezamenlijk ontwikkeld. Op deze wijze wordt in gezamenlijkheid aanbod gecreëerd van hoge kwaliteit, gebruikmakend van de al beschikbare expertise in de onderwijsregio’s vanuit opleidingen en vanuit schoolbesturen. Het gaat daarbij niet alleen om cursorisch aanbod, maar ook om andere vormen van professionalisering, zoals docent-ontwikkelteams en videocoaching op de werkvloer. De opbrengsten van de co-creatielabs maken het mogelijk dat leraren (alleen of in teams) laagdrempelig kunnen deelnemen aan aantrekkelijke en effectieve professionalisering die past bij hun ontwikkelpad.”
Contact
Universiteiten van Nederland
Lange Houtstraat 2
Postbus 13739
2501 ES Den Haag
Regionale allianties lerarenopleidingen